“Hoog tijd voor een dorpenbeleid!”, zo stelde co-voorziter Jeremie Vaneeckhout maandag (21/11) in De Maere en daarover gaat ook zijn boek Vergeten land.  

In Vlaanderen bestaat 91% van het grondgebied uit kleinere steden en gemeenten, waaronder veel dorpen met minder dan 15.000 inwoners. 75% van de bevolking woont dus niet in één van de 13 centrumsteden. Toch krijgt die 75% - verspreid over 287 gemeenten – samen maar 42% van de middelen uit het gemeentefonds. Per inwoner krijgt een centrumstad (gemiddeld) 1500 euro. Elders is dat soms maar 250 euro. Hier zit dus iets grondig scheef, ook al hebben centrumsteden effectief grotere uitdagingen dan andere besturen. Geen wonder dus dat op het platteland versleten fietspaden van 30 jaar oud schering en inslag zijn. 30 jaar onderinvestering eisen immers hun tol. Hoog tijd daarom voor een inhaalbeweging en voor een dorpenbeleid. Hoe willen we dat Tielt-Winge en de Hagelandse gemeenten er over 30 jaar uitzien? Hoe zorgen we ervoor dat mensen op het platteland zich er goed voelen? Hoe zorgen we voor duurzame lokale voedselproductie? Voor niet-autogebonden mobiliteit? Hoe voor wijkgebonden zorg? Voor natuur? Voor waterberging? Dat moeten we nu bepalen!

Hier is werk aan de winkel. De aanwezigen uit Tielt-Winge, Holsbeek, Aarschot, Diest, Bekkevoort en Kortenaken weten wat hen te doen staat!