EEN BRUISENDE GEMEENTE

 

 

Jeugd, cultuur, bib, sport, brede school

Vrijetijdsactiviteiten verbinden mensen en verdienen ondersteuning, te meer omdat jeugd-, senioren- en sportwerking en ook kunst- en muziekkringen (groten)deels draaien op vrijwilligers. Het verenigingsleven willen we daarom verder aanmoedigen! Daarnaast spelen de bib en de gemeenschapscentra een niet te onderschatten rol in het cultuur-voor-allen-beleid. Scholen werken daarom intens samen met de bib, het kunstonderwijs, sportorganisaties en de naschoolse opvang. De bredeschool-aanpak opent deuren voor kinderen. De bib is ook de ideale plek voor e-ondersteuning van burgers die anders de digitale boot missen. Groen opteert daarom ook voor gratis WIFI in alle publieke ruimten.

      

De ‘tien engagementen van het Jongerenpact 2020’ van de Vlaamse regering roept lokale besturen op om in hun beleid de ‘jongerenklik’ te maken. Zowel jeugdbewegingen als andere vormen van jeugdwerking draaien grotendeels op jongeren-vrijwilligers. Die vrijwilligers moeten met de eigenlijke werking bezig kunnen zijn, zonder infrastructurele of logistieke bekommernissen.  Jongeren gaan ook uit en ze verplaatsen zich naar school. Ook daar kan de gemeente afspraken maken en faciliteren.

Concreet kan het bestuur

  • mee investeren in goede jeugdinfrastructuur. Het gebouwenfonds is daartoe een goed instrument als dat fonds over voldoende middelen beschikt. Een gemeente is dit aan haar actieve jeugd verplicht, vindt Groen.
  • instaan voor voldoende en goed uitgeruste buitenspeelruimte bij voorzieningen voor kinderen en jeugdbewegingen: een speelbos of -terrein voor jeugdbewegingen, kleinschalige speeltuintjes in wijken, een speelstraat, vooral in vakantieperiodes, op vraag van buurtbewoners.
  • Daarnaast vragen jeugdorganisaties logistieke ondersteuning: vervoer van materiaal naar kampplaatsen bijvoorbeeld. Groen stelt voor om voor deze logistieke ondersteuning gebruik te maken van de “gemeentedienstencheque”.  Deze laat lokale organisaties , waaronder scholen en jeugdbewegingen, jaarlijks voor een bepaald bedrag een beroep doen op de gemeentelijke diensten voor vervoer of terbeschikkingstelling van materiaal , voor klusjes van de gemeentelijke onderhouds- of groendienst e.d. Gaan ze boven het voorziene bedrag, dan zijn de diensten betalend.
  • Uitgaande jongeren zijn gebaat met een aangepast busaanbod in het weekeinde.
  • Fietsstraten naar Aarschot en Diest en een up-to-date busaanbod naar de locaties met middelbare scholen in de buurt (Aarschot, Diest, Leuven, Tienen, Rotselaar) zijn belangrijk voor schoolgaande jeugd.

 

Het lokale bestuur regisseert en coördineert het cultuurbeleid en staat in voor

  • de culturele basisinfrastructuur: breed toegankelijke bibliotheken, gemeenschapscentra en lokale musea, maar ook tijdelijke podia voor festivals of materiaal voor straat- of wijkfeesten, stoeten en optochten;
  • een breed aanbod voor oud en jong, in samenwerking met het deeltijds kunstonderwijs, de bib en lokale muziekverenigingen en kunstkringen;
  • het brengen van kunst in de publieke ruimte: tentoonstellingen, festivals, …;
  • participatie: de rol van het verenigingsleven hierbij moedigen we verder aan. We zien ook een centrale rol voor de bibliotheek en de gemeenschapscentra. Zij kunnen kinderen toeleiden naar genietend lezen en naar kunst, in samenwerking met de lokale scholen. De bib speelt een niet te onderschatten rol in de ontwikkeling van leescompetenties en leesplezier bij kinderen. Alle kinderen moeten per jaar minstens 10x naar de bib kunnen! De meesten komen er immers nooit met hun ouders. Scholen werken daarom intens samen met de bib. Ook met het kunstonderwijs, sportorganisaties en de naschoolse opvang. Brede scholen openen deuren voor kinderen. De bib is bovendien de ideale plek voor e-ondersteuning van burgers die anders de digitale boot missen. Groen opteert daarom ook voor gratis WIFI in alle publieke ruimten.
  • Het bestuur doet ook inspanningen om sociaal zwakkere gezinnen bij het aanbod te betrekken d.m.v. kansenpassen voor deze gezinnen.

 

Het lokale bestuur regisseert en coördineert het sportbeleid en staat in voor

  • basisinfrastructuur – al dan niet in eigen beheer – voor binnen- en buitensporten;
  • breed bereik: sport-voor-allen in elke deelgemeente;
  • ruim aanbod: samenwerking tussen lokale scholen, sportclubs en de buitenschoolse opvang;
  • ruime participatie: Een kansenpas helpt kansarme kinderen om te participeren aan sport. Ook voor ouderen is er een aangepast aanbod.
  • De gemeente ondersteunt (promotioneel, logistiek, financieel) verbindende sportactiviteiten van scholen en lokale organisaties en organiseert zelf sportevenementen en -kampen voor specifieke doelgroepen.

 

 

Lokale economie, recreatie en toerisme     

De lokale economie van Tielt-Winge bestaat voornamelijk uit relatief grootschalige landbouw met teelten van veldgewassen, fruit en lokale wijn, en uit middelgrote (pluim)veebedrijven en hobby-landbouw. De algemene ‘verpaarding van het platteland’ is ook hier merkbaar. Verder vinden we in Tielt-Winge vooral diensten, kleinhandel en ambachtelijke bedrijven. De grote winkelketens zijn geconcentreerd op het Gouden Kruispunt. Ambachtelijke kleinhandel (bakker, buurtsupermark, slager) en horeca zijn nog beperkt aanwezig in de dorpskernen. Andere (kruidenier, groentenzaak, krantenwinkel ...) zijn helaas verdwenen. Het lokaal toerisme is ondanks enkele troeven beperkt qua infrastructuur en aanbod.

 

Kansen in de landbouwsector die we moeten benutten zijn:

  • de nieuwe, rechtstreekse relatie met klanten via voedselteams en directe verkoop aan klanten, o.a. pick your own; 
  • Landbouwers kunnen een belangrijke rol opnemen in de instandhouding van natuur.
  • Sociale en ecologische landbouw biedt een gunstige leef- en werkomgeving voor sociaal kwetsbare bewoners. Zorgboerderijen voldoen aan een toenemende vraag naar opvang van kansarme en schoolmoeë jongeren, ex-verslaafden e.a.  Tielt-Winge heeft hiervoor potentieel.
  • Tielt-Winge kan ook een uitgelezen plek zijn voor plattelandsklassen en kleinschalig plattelands-verblijftoerisme.
  • Een KMO-zone bleek geen optie voor Tielt-Winge. Een KO-zone voor lokale ambachtelijke bedrijven is dat wel. Bij de keuze van een locatie geven overwegingen m.b.t. de impact op de omgeving, de mobiliteit en de open ruimte de doorslag.

Groen wil

  • met opendeurdagen, schoolbezoeken, wandelingen al dan niet in de week van de korte keten de lokale landbouw met zijn ambachtelijke producten en vooral de korte keten promoten en ondersteunen.
  • kleinschalig plattelandstoerisme promoten binnen het ruimer streekaanbod voor het Hageland, met respect voor de kwetsbaarheid van het groene patrimonium voor verstoring en zwerfafval. Lawaaisporten passen niet in dit duurzame plaatje.
  • het recreatief dagtoerisme ondersteunen. Het basispakket van fiets- en wandelwegknooppunten is aanwezig. Natuur is ontsloten, o.a. het Walenbos. Ook een deel van het lokaal erfgoed werd toegankelijk. Maar voor de vele potentiële recreatieve fietsers is een trage doorstroming van auto’s wenselijk!
  • alle bedrijven en handelaars die kiezen voor duurzaam ondernemen ondersteunen.