RUIMTELIJKE ORDENING - PUBLIEKE EN OPEN RUIMTE

 

Meer leefbaarheid door doordachte ruimtelijke ordening

Er is geen goed mobiliteitsbeleid zonder een goed ruimtelijk beleid. Wonen, werken, school lopen, winkelen, recreëren willen we dichter bij elkaar brengen, zodat minder (auto)verplaatsingen nodig zijn. Nabijheid is het uitgangspunt. Publieke ruimte moeten we daarbij heroveren. Open ruimte moeten we absoluut behouden. Tenslotte is het hoog tijd voor publieke infrastructuur in de Kaaskorf.

 

Groen heeft de volgende prioriteiten voor onze ruimtelijke ordening

  • We kiezen voor autoluwe, aantrekkelijke en leefbare dorpskernen die meer zijn dan “bebouwde kom” of woningen langs een verbindingsweg. Dorpskernen hebben een diversiteit aan functies. De ruimtelijke inrichting moet ontmoetingsruimten creëren voor zowel kinderen en jeugd als voor senioren. Het is ook de plek voor diensten en voor dorpswinkels.  Een leefbare dorpskern is een mooie dorpskern waar je met een gerust hart en met plezier vertoeft, speelt of rondhangt.
  • Deze visie is het uitgangspunt voor onze ‘Visie op Ruimtelijke Ordening 2020-2050. We vertalen ze in de verdere uitwerking van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan en de bestaande ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUPs)
  • We kiezen voor verdichting van de kerndorpen door inbreiding en voor ontmoediging of zelfs omkering van de lintbebouwing.
  • We beschermen patrimonium: pastorieën, kerken, bossen, dorpsgezichten, holle wegen.
  • We laten projecten ruimtelijke ordening niet enkel over aan privébelangen (Gouden Kruispunt).
  • Verdere inbreiding in bestaande woonkernen moet gebeuren in overleg met de omwonenden.
  • Appartementsblokken passen niet in beschermde dorpsgezichten. Ze overschrijden ook de draagkracht van smalle straatjes.
  • We bouwen verder aan een ambitieus woonbeleid in Tielt-Winge en de regio i.s.m. Hartje Hageland. Jonge Tielt-Wingenaars en jonge gezinnen moeten de kans krijgen om in de eigen gemeente duurzaam te blijven wonen.
  • Groen is bezorgd over de voortschrijdende verappartementering in de gemeente, die volledig gestuurd wordt door privé initiatief en winstbejag i.p.v. sociale objectieven. De gemeente kan bij wijze van alternatief samenhuisprojecten en burgerbouwgroepen faciliteren, d.i. individuele burgers die op zoek zijn naar een gezamenlijk project dat ze zelf kunnen invullen. Het kan gaan om gezinnen die samen een oude boerderij omvormen, om senioren in een Abbeyfieldproject, om kangoeroewonen.
  • We maken dringend werk van duurzame openbare voorzieningen in de Kaaskorf. We betrekken de inwoners zelf bij de inrichting van hun wijk. Zij kennen de kwetsbaarheid van buurt en bos. Zij wensen een milieuvriendelijke (afvalwater) en veilige (wegen) oplossing.
  • Kleinhandel (buurtwinkels) en horeca doen een dorp (her)leven; een winkelcentrum in de rand niet. Dorpskernen richten we aantrekkelijk en veilig in, zodat ook ouderen veilig naar de buurtwinkel kunnen.
  • Buurten als het Wingeveld, het St-Jorisveld, het Koningsblok en vele andere nodigen uit tot ontmoeting: een wekelijks speelstraatmoment, een vast buurtfeest. Dergelijke initiatieven van inwoners of verenigingen krijgen ondersteuning.
  • We willen voldoende publieke voorzieningen, ook voor kinderen, senioren en mensen met een beperking: rustpunten, zitbanken, uurwerken, toiletten, drankfonteinen, een postbus en multi-functionele speelelementen. Mindervaliden krijgen bij alle publieke gebouwen en plekken voorbehouden parkeerplaatsen.
  • Kinderen en jongeren moeten in elke buurt onbekommerd en veilig hun ding kunnen doen: spelen, voetballen, fietsen, skaten, ‘rondhangen’, enzovoort.
  • Mobiliteit organiseren we in functie van leefbare dorpskernen en veilige verbindingen voor zwakke weggebruikers.
  • De verkeersimpact van een bouwproject moet altijd goed worden afgewogen. Verdicht wonen creëert in een dorp veelal bijkomende automobiliteit.

 

Publieke ruimte heroveren

  • Groen wil geen verdere privatisering van delen van het openbaar domein of de vervanging van publieke door commerciële ruimten. Groen ijvert voor een reclame-arm publiek domein in plaats van een steeds grotere commercialisering van onze leefomgeving.
  • Groen wil straten, pleinen, openbare gebouwen en diensten die voor iedereen toegankelijk zijn, dus ook voor mensen in een rolstoel, doven, slechtzienden.

 

Behoud de open ruimte

  • Het bestuur geeft de controle over bodembestemmingen niet uit handen. Gronden die eigendom zijn van de overheid worden in principe niet langer geprivatiseerd.
  • We behouden en versterken het landelijk karakter van de gemeente en van de open ruimte. Open ruimte en bestaande groengebieden behouden we. Uitbreiding kan ontstaan door het bestaande ruimtegebruik te optimaliseren, d.w.z. niet gebruikte ruimte een functie te geven. Dat kan door samenwerking tussen Landbouw, Natuurbeheer en Toerisme vanuit een duurzame én langetermijnvisie .